Menu
Maria
19.81. Zij hebben andere goden naast Allah genomen, opdat dezen een bron van macht voor hen mogen zijn.
19.82. Stellig niet! Integendeel zij (de afgoden) zullen hun aanbidding ontkennen en hun tegenstanders blijken te zijn.
19.83. Ziet gij niet dat Wij duivelen over de ongelovigen hebben losgelaten om hen aan te sporen?
19.84. Wees daarom niet gehaast tegenover hen, Wij zullen voor hen de juiste (vergelding) voorbereiden.
19.85. Ten dage waarop Wij de godvrezenden in groepen zullen verzamelen tot de Barmhartige.
19.86. Zullen Wij de schuldigen als een dorstige kudde naar de hel drijven.
19.87. Zij zullen geen voorspraak hebben behalve degenen die van de Weldadige een belofte hebben ontvangen.
19."88. En zij zeggen: ""De Barmhartige heeft zich een zoon genomen."""
19.89. Gij hebt voorzeker een lastering uitgesproken.
19.90. De hemelen dreigen vaneen te scheuren, en de aarde te splijten en de bergen in stukken te vallen.
19.91. Daar zij aan de Barmhartige een zoon hebben toegekend.
19.92. Terwijl de Barmhartige te verheven is om een zoon te hebben.
19.93. Er is niemand in de hemelen en op de aarde die niet als een dienaar tot de Barmhartige zal komen.
19.94. Voorwaar, Hij kent hen en heeft hen allen precies geteld.
19.95. En op de Dag der Opstanding zal elk hunner alleen tot Hem komen.
19.96. Degenen die geloven en goede daden doen - aan hen zal de Barmhartige liefde betonen.
19.97. Aldus hebben Wij hem (de Koran) gemakkelijk voor uw tong gemaakt, opdat gij er mede goede tijdingen aan de godvruchtigen moogt geven en een twistziek volk er door moogt waarschuwen.
19.98. En hoevele geslachten hebben Wij vóór hen niet vernietigd? Kunt gij een enkeling hunner zien of een voetstap van hen horen?
Search in the Quran
Access suras
Access verses