74.1. O gij die u omhult!
74.2. Sta op en waarschuw,
74.3. En verkondig de Grootheid van uw Heer,
74.4. En reinig uw hart.
74.5. En vlied de onreinheid.
74.6. Bewijs geen gunsten om u daardoor te verrijken.
74.7. En wees geduldig ter wille van uw Heer.
74.8. Want als de bazuin wordt geblazen,
74.9. Die Dag zal een moeilijke dag zijn.
74.10. Niet gemakkelijk voor de ongelovigen.
74.11. Laat Mij alleen met hem die Ik schiep.
74.12. Ik heb hem overvloedig bezit gegeven.
74.13. En zonen die bij hem zijn.
74.14. En ik verschafte hem elk gemak.
74.15. Toch verlangt hij dat Ik hem nog meer zal geven.
74.16. Stellig niet, want hij was vijandig tegenover Onze boodschappen.
74.17. Hem zal Ik een zware straf opleggen.
74.18. Ziet! Hij dacht na en hij besloot!
74.19. Vervloekt zij hij, hoe besloot hij!
74.20. Nogmaals, vervloekt zij hij! Hoe be sloot hij!